U kunt een vorm, tekstvak, tabel, tabelcel, diagramachtergrond of diagramreeks met een afbeelding vullen.

Een object met een afbeelding vullen
  1. Selecteer het object dat u met een afbeelding wilt vullen.

  2. Als het infovenster 'Afbeelding' niet geopend is, klikt u op de knop 'Info' in de knoppenbalk en vervolgens op de knop 'Afbeeldingsinfo'.

  3. Kies in het infovenster 'Afbeelding' de optie 'Afbeeldingsvulling' of 'Afbeelding met kleurtint' en kies een afbeelding.

    U kunt ook een afbeeldingsbestand vanuit de Finder of de mediakiezer naar het afbeeldingenvak in het infovenster 'Afbeelding' of naar een tabelcel of diagramreeks slepen.

  4. Kies een schaaloptie voor de afbeelding uit het venstermenu.

    • 'Passend':  
      De grootte van de afbeelding wordt zo goed mogelijk aangepast aan de grootte van het object. Als het object een andere vorm heeft dan de originele afbeelding, wordt slechts een gedeelte van de afbeelding weergegeven. Het is ook mogelijk dat er een lege ruimte om de afbeelding wordt weergegeven.
    • 'Vullend':  
      de afbeelding wordt groter of kleiner, waarbij minimale ruimte rondom de afbeelding wordt gehandhaafd, zelfs als het object en de afbeelding een verschillende vorm hebben.
    • 'Uitgerekt':  
      Het formaat van de afbeelding wordt aangepast aan het formaat van het object. De afbeelding wordt echter vervormd als het object een andere vorm heeft dan de originele afbeelding.
    • 'Originele grootte':  
      De afbeelding wordt in het object geplaatst zonder dat de originele afmetingen worden gewijzigd. Als de afbeelding groter is dan het object, wordt slechts een gedeelte van de afbeelding in het object weergegeven. Als de afbeelding kleiner is dan het object, wordt er een lege ruimte om de afbeelding weergegeven.
    • 'Tegelpatroon':  
      Als de afbeelding kleiner is dan het object, wordt de afbeelding in het object herhaald. Als de afbeelding groter is dan het object, wordt slechts een gedeelte van de afbeelding in het object weergegeven.
  5. Als u 'Afbeelding met kleurtint' kiest, klikt u op het kleurenvak (rechts naast de knop 'Kies') om een kleurtint te kiezen. Sleep de schuifknop 'Ondoorzichtigheid' om de tint lichter of donkerder te maken. (Hiermee wordt de mate van ondoorzichtigheid voor zowel de tint als de afbeelding gewijzigd.)