U kunt de tekstkleur wijzigen via de opmaakbalk, het infovenster 'Tekst' en het venster 'Lettertypen'. Als u met een van deze hulpmiddelen een wijziging aanbrengt, overschrijft u de kleurwijzigingen die u eerder met een van de andere hulpmiddelen hebt aangebracht.
Om de kleur van geselecteerde tekst te wijzigen, klikt u op het kleurenvak in de opmaakbalk. Er verschijnt een kleurenmatrix. Kies de gewenste kleur door erop te klikken of klik op 'Toon kleuren' om het venster 'Kleuren' te openen. Dit venster bevat aanvullende kleuropties.
U kunt de kleur van geselecteerde tekst ook wijzigen met behulp van het infovenster 'Tekst'. Klik op de knop 'Info' in de knoppenbalk, klik op de knop 'Tekstinfo', klik op 'Tekst' en klik vervolgens op het kleurenvak. Het venster 'Kleuren' wordt geopend. Raadpleeg “Het venster 'Kleuren'” voor instructies.
Als u een achtergrondkleur aan een alinea wilt toevoegen, klikt u op de knop 'Letter' in de knoppenbalk. Klik vervolgens op de knop voor de documentkleur in het venster 'Lettertypen' (de vierde knop van links) en selecteer een kleur in het venster 'Kleuren'.